Het FODMAP dieet bij PDS

Inhoudsopgave

Heb je last van buikpijn, een opgeblazen gevoel, een verstopping of diarree? Dan kan het weleens zijn dat je lijdt aan PDS of het prikkelbare darm syndroom. Het is namelijk de meest voorkomende oorzaak van darmklachten. PDS is eigenlijk een overkoepelende naam voor alle darmklachten waarvan we niet juist weten wat de oorzaak is. Daarom is er ook geen specifieke behandeling voor het syndroom. Er is gelukkig wel een dieet ontwikkeld, het low-FODMAP dieet. De afkorting FODMAP staat voor Fermentation of Oligosaccaharides, Disaccharides, Monosaccharides And Polyols. Bij het dieet wordt rekening gehouden met bepaalde groepen koolhydraten. Het werd door Australische onderzoekers ontwikkeld en is ondertussen wereldwijd bekend. Bij testen in een Nederlands ziekenhuis verminderde het de klachten bij 73% van de patiënten waarop het getest werd. Ook in andere landen werd het dieet getest en ook daar waren de resultaten positief.

De koolhydraatgroepen van FODMAP


Onder de O van FODMAP vallen Fructans en Galacto-Oligosaccaharides of GOS. Lactose is een voorbeeld van de Disaccharides en Fructose behoort tot de Monosaccharides. Onder de laatste groep, de Polyols, vallen onder andere Sorbitol, Mannitol, Maltitol, Xylitol en Isomalt. Deze termen zeggen je waarschijnlijk niet veel. In minder wetenschappelijke woorden gaat het over koolhydraten zoals melksuiker (lactose), vruchtensuiker (fructose) en de koolhydraten uit tarwe, kool en bonen.

Bij mensen met PDS worden deze koolhydraten niet goed verteerd en komen ze deels verteerd of onverteerd in de dikke darm terecht. Daar breken de darmbacteriën de koolhydraten af en worden gassen en stoffen gecreëerd die de darm prikkelen bij wie daar gevoelig aan is en zo worden buikklachten veroorzaakt. Het is ook mogelijk dat de koolhydraten vocht aantrekken, waardoor de darm opzwelt en druk veroorzaakt. Die druk voelt aan als een opgeblazen gevoel en pijn.

Welke voeding met FODMAP moet je vermijden?

Voorbeelden van voeding met FODMAP die je best vermijdt als je aan PDS lijdt zijn: honing, appels, mango, watermeloen en peer. Die bevatten allemaal fructose. Voedingsmiddelen rijk aan fructanen zijn artisjok, knoflook, prei, ui, lente-ui, graan, rogge en gerst. Om lactose te vermijden, eet je best geen ijs, vla, yoghurt of kazen en drink je best geen melk. Om de koolhydraten uit de GOS-groep uit je voeding te schrappen, vermijd je best snijbonen en kikkererwten. Om de laatste groep koolhydraten niet te eten, de Polyolen, let je op voor appels, abrikozen, nectarines, pruimen en champignons. Daarin vind je die groep nameijk veel terug.

Het low-FODMAP dieet in 2 fasen

De eerste fase is de eliminatiefase, die 6 tot 8 weken duurt. In die fase elimineer je alle FODMAP-rijke producten. Dit is een moeilijk en streng dieet. Je schrapt namelijk voedingsmiddelen zoals melk, ui en tarwe en daarmee een groot deel van je gebruikelijke dieet. Advies van een diëtist is daarom in deze eerste fase aangeraden. Je moet misschien wel veel voedingsmiddelen schrappen, maar veel PDS-patiënten ervaren dit als verlichtend, waardoor het de opoffering zeker waard is.

In de tweede fase worden stuk voor stuk groepen FODMAP-producten terug in de voeding geïntroduceerd. Komen de klachten terug? Dan begin je opnieuw bij stap 1. Als je geen klachten hebt, kan je die groep zonder probleem behouden in je dieet. Uiteindelijk bekom je een dieet op maat, zonder de koolhydraten die voor jou de boosdoener zijn.

In de praktijk ziet dat er zo uit. Op dag 1 eet je een bepaalde hoeveelheid van een product uit groep 1. Veroorzaakt het klachten? Dan moet je ermee stoppen, anders kan je overgaan naar dag 2.
Op dag 2 eet je dubbel zoveel van het product uit groep 1. heb je nog steeds geen klachten? Dan kan je overgaan naar dag 3. Toch klachten? Dan stop je ermee.
Op dag 3 verdriedubbel je de hoeveelheid van het product van dag 1. Bij klachten, stop je ermee.
Daarna kan je een volgend product testen. Wacht wel steeds 3 dagen voor je dit doet.

Tips bij het FODMAP dieet

  1. Raadpleeg een diëtist. Een diëtist weet als geen ander wat je wel en niet mag eten en kan je het best begeleiden om een gebalanceerd dieet te behouden.
  2. Verwacht niet te veel resultaat. Verminderde klachten zijn nog steeds een positief resultaat en een verbetering.
  3. Verander niet alles tegelijkertijd. Bij het FODMAP dieet is het belangrijk om geduldig de stappen te doorlopen.
  4. Beperk je dieet niet te veel. Er zijn voldoende producten die arm zijn aan FODMAP die je wel nog kan eten zoals aardbeien, mandarijnen, glutenvrij brood, rijst, rijstwafels, lactosevrije yoghurt, popcorn, eieren, kip, vlees, vis, banaan, sojadrinks, … Een aantal voedingsmiddelen schrappen wil niet zeggen dat je niets lekker meer mag eten of niet gevarieerd meer kan eten.
  5. Vermijd vezels niet volledig. Vezels blijven een broodnodig onderdeel van je dagelijks voeding.